Over parels en de hemelpoort
De twaalf poorten waren twaalf parels: elke poort was gemaakt van één parel.
(Openbaring 21:21)
Elke hemelpoort één parel? We kunnen ons op dit moment geen voorstelling maken van die verbluffende schoonheid die ons als Gods kinderen te wachten staat in het hemelrijk, maar om de hemel binnen te gaan, stappen we dus door een parel.
De diepere symboliek van deze passage kan ons vandaag veel troost en hoop bieden, want wat is een parel eigenlijk?
Een parel ontstaat alleen dan wanneer de schelp van een oester gebroken wordt en er een kleine zandkorrel binnen dringt. Daar doet die indringer niets anders dan de oester lastig te vallen en te irriteren. Om daar een eind aan te maken worden alle hulpmiddelen die de oester tot zijn beschikking heeft aangeroepen. De schelp wordt gerepareerd en het zandkorreltje wordt bedekt, met een prachtige parel tot gevolg.
Het ongewenste probleem van het zandkorreltje wordt de basis van een stukje schoonheid waar we van opkijken. Eigenlijk is een parel dus een genezen wond, een opgelost probleem, en het resultaat van de noodzakelijke herstelwerkzaamheden.
Zo is dat ook met onze levens. Zonder gebroken hart is er ook geen waardevolle parel die de pijn in deze wereld kan verlichten. Geen wond of probleem? Dan is er ook geen diepgang en wordt onze menselijke naastenliefde en ons mededogen snel overschaduwd door eigenbelang en zelfbehoud.
Maar dat ook de hemelpoorten bestaan uit parels vertelt ons nog meer. Het leert ons iets over Gods liefdevolle plan en onze eeuwige hemelse toekomst.
Voorop gesteld, er is wellicht niemand onder ons die popelt om te lijden en allerlei problemen door te maken, en ondanks het feit dat wij begrijpen dat pijn ons tot betere en diepere mensen kan maken, blijft dit aardse tranendal ons toch telkens weer verschrikken. De kranten staan vol met ellende. Moord en doodslag, oorlogen en hongersnood, maar ook problemen dichter bij huis; ziektes, echtscheidingen, financiële onzekerheid…
En dan lezen we dat ook de hemelpoorten gemaakt zijn van parels. De Bijbel leert ons dat God onze tranen zal wegwissen en dat niets de hemel kan binnengaan dat slecht of duister is. De hemelpoort is dus het symbool van ons aardse verdriet en laat ons zien waarom God zoveel narigheid toestaat. God is bezig met het onbegrijpelijke proces van het maken van parels. Hij maakt een parel in ieder van ons die God liefheeft en voor we de hemel binnengaan moeten we door een parel gaan om binnen te komen.
‘Iedere poort in de hemel is een parel,’ zo zegt Johannes het in Openbaring.
Laat je sterken door deze gedachte. Iedere tegenslag en elk verdriet wordt door God gebruikt als de grondstof voor een prachtige parel. Gods zaak is verandering, transformatie. Hij verandert onze donkere harten in een paleis van licht. Hij veranderde het kruis, het symbool van straf, misdaad en dood, tot het teken van vergeving en eeuwige hoop.
Geen wond? Dan komt er ook geen parel.
