Over vogels, vliegen en evolutie

Is alles ontstaan door een toevallige samenloop van omstandigheden? Het blijft maar moeilijk te geloven dat onze wonderbare wereld tot stand is gekomen zonder plan, zonder reden en dus ook zonder daadwerkelijke hoop.
Ook het ontstaan van vogels en andere vliegende schepsels ontkomt niet aan de evolutionaire zienswijze. Vogels zouden daarbij geëvolueerd zijn uit de dinosaurus en het wonder van het vliegen is slechts voortgekomen uit de noodzaak voor niet vliegende wezens om beter te kunnen overleven, waardoor er dus een vluchtplan werd opgesteld.

Daar was geen ontwerp voor nodig, maar slechts het lange wachten totdat de juiste chemische reactie er in slaagde het wonder te voltrekken.

Vreemd wel, als je bedenkt dat de mens zelf heel wat intensief denkwerk heeft moeten verrichten voordat hij voor het eerst een machine kon bouwen die in de lucht bleef. Er werd doelbewust gewerkt aan het ontwerpen van zo’n machine, waarbij de natuur zorgvuldig werd bestudeerd om haar geheimen te ontrafelen.

Waarom is het dan toch zo moeilijk te geloven dat er ook bij het vliegen in de natuur, net als bij het bouwen van een vliegtuig, sprake is van ontwerp? De evolutietheorie stelt dat er minstens vier keer een evolutieproces is voorgekomen toen er dieren gingen vliegen, een proces van toeval en willekeur dat miljoenen jaren duurde. Dit zou gebeurd zijn bij insecten, reptielen, vleermuizen en tenslotte bij de vogels. Al deze levensvormen waren eerst niet-vliegend, maar vliegen nu dus wel.

Om te beginnen kunnen wij eens een kijkje nemen bij de vogels, die dus zouden zijn voortgekomen uit de dinosaurus; een reptiel.

Het wonderbaarlijke ontwerp van vogels
Omdat vogels zwaarder zijn dan de lucht is er een bepaalde opwaartse kracht nodig om ze in de lucht te houden, iets dat mogelijk wordt gemaakt door het speciale ontwerp van hun vleugels. Vogels zijn zo gemaakt dat er door de beweging van hun vleugels een neerwaartse luchtstroom wordt geproduceerd die een opwaartse kracht veroorzaakt. Vliegtuigen hebben een motor nodig om vooruit te komen, terwijl dit effect bij vogels wordt veroorzaakt door het fladderen. De primaire veren van vogels zijn zo gevormd dat ze lucht naar achteren stuwen, waardoor de vogel als het ware naar voren wordt gestuwd. (Dit principe werd ontdekt door Isaac Newton en staat bekend als de derde wet van Newton)

Speciale functies van vogels
Wanneer vogels hun vleugels uitslaan, wordt het vermogen dat nodig is om de zwaartekracht te overwinnen dus gegenereerd door de neerwaartse slag. Maar een keertje klappen met de vleugels is natuurlijk niet genoeg. Die vleugels moeten direct weer omhoog en daarna opnieuw naar beneden, zodat er meer vermogen en kracht kan worden opgewekt. Daarvoor bezit iedere vogel een nogal ingewikkeld katrolsysteem dat aan zijn pees trekt, waardoor dat hele proces vloeiend en voortdurend optreedt. Mocht die pees beschadigen dan kan een vogel nog wel vliegen, maar het opstijgen, waardoor het proces in werking wordt gesteld, wordt dan een groot probleem. Het idee dat natuurlijke selectie stapsgewijs tot het formeren van zo’n gecompliceerd katrolsysteem zou leiden is niet bijzonder logisch te noemen. Er is ook in het fossielenbestand niets over eventuele overgangsvormen bekend.

Veren
Alan Feduccia, een expert op het gebied van vogels aan de Universiteit van North Carolina en zelf een voorstander van de evolutietheorie zegt: “Veren zijn een bijna perfect ontwerp voor de vlucht. Ze zijn lichtgewicht, sterk, aerodynamisch gevormd en hebben een uiterst ingewikkelde structuur met weerhaken en haken. Deze structuur maakt ze waterdicht, en een vogel kan veren snel gladstrijken met zijn snavel zodat ze direct terugschieten in de benodigde aerodynamische vorm.”

Sommige aanhangers van de evolutietheorie beweren dat veren geëvolueerd zijn uit schubben. Schubben zijn echter plooien in de huid en lijken biochemisch niet op veren, terwijl veren een uiterst gecompliceerde structuur hebben.

Een speciale doorstroomlong
De longen van een vogel verschillen enorm met die van een reptiel, waaruit een vogel dus geëvolueerd zou moeten zijn. Een reptielenlong werkt een beetje zoals een blaasbalg. De lucht wordt ingeademd, het bloed neemt de zuurstof op en geeft kooldioxide af. De niet-verse lucht wordt vervolgens op dezelfde manier uitgeblazen als hij binnen kwam.

Vogels hebben echter een gecompliceerd systeem van luchtzakjes en holle botten. Dit systeem stuwt de lucht in één richting door de longen, waarbij het bloed in tegenovergestelde richting door de bloedvaten stroomt. Een vogel is op die manier verzekerd van een uiterst efficiënte zuurstofopname. Als we er zo naar kijken kunnen we alleen maar concluderen dat hier sprake is van een uiterst vernuftig, technisch ontwerp.

Hoe het mogelijk is dat het type longen dat reptielen gebruiken geleidelijk heeft kunnen evolueren naar de hele andere vorm van longen die een vogel bezit, is niet te verklaren. De tussenstadia tijdens het proces zouden nooit goed kunnen functioneren, wat betekent dat het arme dier niet in staat zou zijn om te ademen, en dus nooit zou kunnen overleven.

Over fossielen, insecten en vleermuizen
Er wordt bij de evolutietheorie aangenomen dat de eerste vliegende insecten rond 300 miljoen jaar geleden op het toneel verschenen. De bekende onderzoeker David Attenborough veronderstelt daarbij:

“Kruipende insecten kregen vermoedelijk vleugels omdat het teveel werk was om steeds weer via de stengels naar de grond terug te kruipen.”

Hij geeft daarbij echter geen enkele verklaring hoe het mogelijk was dat deze beestjes vleugels ontwikkelden zonder dat de informatie daarvoor in hun DNA aanwezig was. Een insect waarvan in het bijzonder heel veel fossielen zijn gevonden en dat ook prachtige vleugels heeft is de libelle. Toch zijn er geen fossielen bekend van libellen in de een of andere overgangsfase. De enige fossielen die met libellen te maken hebben zijn fossielen van volledig gevormde libellen.

Ook bij de inmiddels uitgestorven vliegende reptielen wijst alles bij de fossielen op ‘ontwerp’ en niet evolutie. David Attenborough is daar echter niet van overtuigd en zegt:

“Volgens mij groeiden er in de tijd van de dinosaurus op de voorpoten van een aantal reptielen een soort uitstulpingen die uiteindelijk uitgroeiden tot leerachtige flappen. Deze waren het begin van vleugels. Uiteindelijk begonnen die beesten dan ook te vliegen.”

Ook hier laten de fossielen die ons bekend zijn daar echter niets van zien. Er zijn geen fossielen bekend van een dinosaurus met vleugelflappen of zelfs met hele vleugels.

De reptielen die konden vliegen waren ontworpen om te vliegen. En de reptielen die niet konden vliegen waren er niet voor ontworpen.

Zo is er studie gedaan naar de zogenaamde Pteranodon, een reptiel met een vleugelwijdte van wel 17 meter. De botten en beentjes die de vleugels ondersteunden waren echter volledig hol en zaten kriskras als een netwerk van kleinere botjes aan elkaar verbonden.

Hier was gering gewicht absoluut noodzakelijk, een ontwerp dat gecombineerd werd met een stevig raamwerk, net zoals dat nu gedaan wordt bij vliegtuigen, om zo beter door de lucht te kunnen vliegen. Ook wat betreft de vleermuis, het enige zoogdier dat kan vliegen, zijn de verwijzingen naar ontwerp overweldigend. Evolutionisten John E. Hill en James Smith zeiden daarover:

“Alle ons bekende fossielen van de vleermuis, zelfs de oudste die we hebben, zijn fossielen van volledige vleermuizen. Door naar de fossielen te kijken kunnen we dus niets leren over onze veronderstelling dat het eerst geen vliegende dieren waren.”

Conclusie:
Vliegende levensvormen werden geschapen om te vliegen en de levensvormen die niet kunnen vliegen zijn niet verondersteld om te vliegen. Vlucht is niet het resultaat van miljoenen jaren van toevallige veranderingen. Ik sluit mij liever aan bij het geloof dat er een Schepper is die het goed met deze wereld voor heeft, en ons een boek heeft gegeven dat ons naar de juiste richting wijst en vol staat met prachtige, troostrijke beloften voor een gelukkig en vreedzaam leven, nu op aarde, en later in de eeuwigheid.

Laat een bericht achter:

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees de nieuwe Oppepper

Thuis of op je werk, een Oppepper maakt je sterk

Klik hier