Samenkomst in de hemel

De Bijbel spreekt over onze hemelse samenkomst.

Een hemelse samenkomst? Betekent dat dan dat wij onze geliefden van ons aardse leven weer terugzien? Zonder twijfel.
Het is een van de grootste heerlijkheden die ons door de liefde van Jezus te wachten staan in die gezegende plaats van het hemelse licht.

Alleen gaat het veel verder dan we nu, in dit aardse leven, kunnen bevatten. De hemelse samenkomst is niet gelimiteerd tot de leden van je directe, aardse familie. Daar, in de hemel, maken wij deel uit van een veel grotere familie, Gods familie.

Worden niet allen die de Heer hebben ontvangen ‘de kinderen van God’ genoemd? Wat zou je bijvoorbeeld denken van de grote profeten, artiesten en denkers uit een ver verleden die in hun leven lang en hard gewerkt hebben voor hun Heer?
Zou je die daar niet tegenkomen? Die hebben het eeuwige leven toch zeker ook beërfd?

Wij hebben hen nooit gezien en nooit met hen gesproken. Onze oren hebben hun stemmen niet gehoord, maar ook zij zijn een deel van Gods grote, rijke familie en ook zij zijn een deel van de hemelse samenkomst.

Wat? Zullen wij met de apostel Paulus kunnen spreken? En met Maarten Luther, Dwight L. Moody en de vele grote heiligen die dit leven door de eeuwen heen heeft voortgebracht? Stel je het eens voor…Wat een vreugde en wat een samenkomst.

En toch gaat het nog verder. Zoals er bij elke samenkomst altijd één persoon is die er uitspringt en om wie het eigenlijk gaat, zo zal dat ook zijn als wij in de hemel samenkomen. Ook daar draait het om die ene persoon, want zonder Hem zou de hemel niet meer zijn dan een paleis zonder verwarming, een boom zonder gebladerte en een lucht zonder zon.

Natuurlijk willen we graag spreken met onze geliefden van weleer en natuurlijk willen we vriendschap sluiten met die grote mannen en vrouwen van het geloof waar we zoveel over gelezen hebben, maar uiteindelijk willen we niets liever dan het gezicht aanschouwen van de Koning, die hemelse Koning die de deur naar het eeuwige leven voor ons opende. Wat wensen we nog meer dan de liefde van onze Heer en Meester? De Herder die we hebben gezien op schilderijen, wiens Woord we hebben gelezen en wiens licht we hebben gevoeld door ons geloof in Hem op aarde.

Maar daar zullen wij Hem zien zoals Hij is. Daar horen wij Zijn stem zoals de discipelen die hoorden op weg naar Emmaüs. Vrij van alle aardse belemmeringen, vrij van alle twijfel en vrij van alle beperkingen van het tijdelijke leven en haar sterfelijkheid. Daar kunnen wij ons voor Hem neerbuigen en Hem vragen om de zegen. Daar zal Hij Zijn door spijkers doorboorde handen op ons hoofd leggen en ons in Zijn armen sluiten. Hij, de Koning van de Hemel.

De vreugde die wij ervaren in de nabijheid van de Redder doet niets af aan onze liefde voor al onze andere geliefden. Zij versterkt die slechts, want hier in de Hemel is slechts plaats voor de liefde. Daar komt de vrucht van Gods Geest volledig tot wasdom.

Na dagenlang op zee te zijn geweest weten zeelui vaak al dat er land in de buurt is zonder dat er ook maar iets te zien valt. Het zit in de lucht. Ze snuiven het op. Ze verheugen zich, want ze weten dat ze in de buurt zijn en dat de tocht er bijna op zit. Zo ervaren Gods kinderen ook dat het Koninkrijk van God dichterbij komt. We snuiven het op met onze geest. Het zit in de lucht. Er is iets in ons dat ons verbindt met die Hemelse kusten. Onze geest vernieuwt zich. Onze wereldse verlangens worden minder belangrijk en de hemel begint meer en meer voor ons te leven. O, dat kostbare Woord van de Schepper. Het leeft en zingt, het verfrist en vernieuwt. En wie heeft er geen geliefden die daar al wonen in dat hemelse land en verlangend wachten op de dag dat ook wij daar mogen binnengaan? Ouders misschien. Of een broer of zus. Misschien zelfs een kind of een dierbare vriend. Maar zij zijn reeds bij Jezus, en ofschoon ons hart destijds brak toen ze hun aardse lichamen afgooiden, komen we nu toch dichterbij. Nu nog aan ons oog onttrokken, versluierd achter de mist van het aardse leven. Maar het eeuwige licht gloort. De tocht zit er bijna op.

***

In de nacht van de dood ziet Hoop een ster en als je luistert met Liefde zal het geritsel van engelenvleugels je niet ontgaan.

***

Stel je eens een jongetje voor dat een modelvliegtuigje bouwt. Met uiterste zorg bouwt hij het op. Alles wordt zorgvuldig in elkaar gezet. De motor wordt geplaatst, de vleugels krijgen een frisse kleur en alles blinkt en straalt. Het kereltje kijkt er naar en zegt voldaan: “Het is klaar. Wat een mooi vliegtuigje.” Dan staat hij op en gooit het hele zaakje in de vuilnisbak.
Dat klopt toch niet? Dat doet niemand.

Dat vliegtuigje krijgt waarschijnlijk een ereplaats op de schoorsteenmantel of er wordt buiten mee gevlogen en al zijn vriendjes zijn groen en geel van jaloezie.
En nu de mens.

Die werd gemaakt met uiterste zorg. Alles werkt perfect, tot in de kleinste details. En dan, als het leven klaar is, wordt alles in de vuilnisbak gegooid en blijft er niets meer van over? En dat met God aan het roer?
Klinkt dat logisch? Natuurlijk niet. God heeft andere plannen.

Er is een leven na de dood. Sterker nog, het echte leven begint pas als wij bij God komen in een hemelse wereld.

***

Probeer een van die weinige mensen te zijn die de hemel in alles terugzien. Iemand die hier op aarde rondloopt in het volle besef dat die onbekende wereld die we de hemel noemen, direct versluierd ligt achter alles wat wij met onze ogen kunnen zien. -Etta Gardner

***

Wat wij het leven noemen is een reis naar de dood. Maar wat wij de dood noemen is de poort naar het leven.Een blanke dominee werd eens gevraagd om te preken in Afrika voor een grote groep gelovigen. Aan het eind werd hem gevraagd: “Dominee, hoe zien we eruit in de hemel? Zwart of blank? De dominee glimlachte en zei eenvoudig: “In de hemel zijn wij net als Jezus.”

 

Laat een bericht achter:

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees de nieuwe Oppepper

Thuis of op je werk, een Oppepper maakt je sterk

Klik hier